Blog

Legitimatiebewijs voor autisme

Hoe ouder mijn zoon wordt, hoe groter de uitdagingen zijn. De uitdagingen zijn in eerste instantie niet groot, maar doordat de omgeving er geen weet van heeft of geen actieve bijdrage kan leveren, worden ze vanzelf groter. Voor mijn zoon én mijzelf.
Profielfoto van Laura Rooijackers
18 maart 2024 | 4 minuten lezen

Laat ik eens een voorbeeld geven:
Toen mijn zoon twee jaar oud was en plots moest plassen, en ik stond halverwege de supermarkt met een volgeladen boodschappenkar, dan was er altijd de mogelijkheid om van het toilet in de winkel gebruik te mogen maken.
Nu hij zeven jaar is en nog steeds van het een op andere moment ineens moet plassen, moet ik vaak eerst uitleggen dat hij autisme heeft en zindelijkheid daardoor nog steeds een uitdaging is. Een veel gegeven reactie is dan: ‘Maar mevrouw, ik begrijp dat het lastig is, maar we laten echt niet meer iedereen zomaar naar het toilet gaan.’ Het vervolg daarop is vaak dat ik het nogmaals vraag, bijna smeek en bewust langer blijf kijken naar mijn inmiddels op en neer springende zoon. Meermaals benadrukken dat we het echt schoon achter zullen laten is ook een veelvoorkomende insteek.
Met een zucht of steun krijgen we dan toch de mogelijkheid om even naar het toilet te gaan. Tot grote opluchting van mijzelf als we het net op tijd weten te halen.

Een ander voorbeeld:

Mijn zoon was drie jaar oud en we stonden in de rij van een attractiepark. Hij sprong veel heen en weer en fladderde met zijn armen. Er kwamen veel prikkels voor hem binnen waarvan hij niet even weg kon lopen. Hij stond constant in een afgezet klein stukje met dezelfde mensen om hem heen. Mensen draaiden dan om en keken ons vriendelijk aan: ‘Het is ook spannend voor hem, maar ik weet zeker dat hij het leuk gaat vinden.’
Dit is nu omgeslagen naar dezelfde fladderende jongen van zeven jaar waarbij mensen geïrriteerd omdraaien, lijken te denken dat er iets in de opvoeding mist en waar weinig begrip voor wordt opgebracht. Daarnaast is mijn zoon al helemaal op voordat hij überhaupt in de attractie is geweest.
En begrijp mij niet verkeerd, als je mijn zoon aankijkt kun je niet zien dat hij autisme heeft. Dus het is totaal geen verwijt.

Autipas

Totdat ik kennismaakte met een, voor mij onbekende, oplossing. De autipas. Ik noem het zelf vaak: legitimatiepas voor autisme.
Het is een blauwe kaart met een grote roze balk in het midden. Op de achtergrond staan drie witte poppetjes afgebeeld. ‘Autipas’ staat er groot opgeschreven met de naam van mijn zoon erbij.
Ik heb de pas nu altijd bij mij en we kunnen het op elk moment gebruiken.
Bijvoorbeeld bij het plotselinge plasmoment in een supermarkt. Op het moment dat ik de vraag stel en de pas laat zien wordt er direct met ons naar het toilet gelopen.
En wanneer we in een attractiepark zijn, kunnen we vaak van een andere ingang gebruikmaken. Daardoor kan hij in een andere ruimte op zijn beurt wachten én zijn we sneller aan de beurt.

Vraagt hij zich dan niet af wat deze pas voor betekenis heeft? Dat blijkt dat hij autisme heeft en daardoor soms meer of andere ondersteuning nodig heeft?

Maar ja. Het komt nu best weleens voor dat ik de pas gebruik. En mijn zoon ziet dit ook gebeuren. Vraagt hij zich dan niet af wat deze pas voor betekenis heeft? Dat blijkt dat hij autisme heeft en daardoor soms meer of andere ondersteuning nodig heeft?

Het is nog niet zo lang geleden dat het gesprek-der-gesprekken daarover echt plaatsvond.
Samen met zijn vader was hij naar een attractiepark geweest en was de autipas gebruikt. De pas was na thuiskomst op het aanrecht komen te liggen. Tijdens het koken kwam mijn zoon bij mij staan en viel zijn oog op de pas. ‘Hey, mijn naam staat erop!’
Ik: ‘Ja dat klopt.’
Hij: ‘Wat is dit?’
Ik: ‘Een autipas.’
Hij: ‘Een autipas?’ (grinnikt erbij) ‘Waar is dat voor?’
Met het besef dat het gesprek-der-gesprekken plaats ging vinden zei ik: ‘Deze pas heeft jouw naam omdat je autisme hebt.’
Hij: ‘Wat is autisme?’
Ik: ‘Dat betekent dat je een heel groot geheugen hebt. Je onthoudt ontzettend veel en dat is heel erg knap.’
Het bleef daarop stil.
Ik vervolgde: ‘En je bent niet de enige.’
Een enthousiaste reactie volgde: ‘Echt? Wie dan?’
Ik: ‘Je klasgenoten hebben ook autisme.’
Hij: ‘Dat wist ik niet.’
Ik: ‘En daarom gaan jullie naar dezelfde school. Omdat jullie zoveel kunnen onthouden, dingen zien die anderen over het hoofd zien. Maar ook omdat je daardoor een vol en druk hoofd krijgt.’
Er leek een blokje op zijn plaats te vallen op het moment dat ik dat zei. Grote ogen lichtte op: ‘Ja, dat klopt! Ik kan beter onthouden dan jou mama!’
‘Precies, en daardoor hebben we deze pas. Om bijvoorbeeld te kunnen gebruiken voor een lange wachtrij. Zo ben je sneller aan de beurt en zit je hoofd niet gelijk vol.’
‘Wauw! Dat is FANTASTISCH!'
De pas werd direct van het aanrecht afgehaald en mee naar zijn slaapkamer genomen. Onder het motto: Als de pas van mij is, zal ik het zelf dragen ook.

Het gesprek-der-gesprekken viel blijkbaar reuze mee. Het gaf hem herkenning over zijn eigen denken, maar ook direct een oplossing: ik kan de pas inzetten als ik hulp nodig heb.
En mij gaf het opluchting. Het is mij gelukt om op een gemakkelijke en duidelijk manier de eerste dingen uit te leggen over zijn autisme.

Wat een legitimatiebewijs voor autisme wel niet kan opleveren:
Extra begrip en hulp in de omgeving én een mooie eerste opening in het gesprek met mijn zoon.

Mocht je zelf autisme hebben of iemand kennen met autisme, breng de autipas eens ter sprake! Het kan zoveel voor iemand betekenen.
Kijk ook op: https://www.autisme.nl/producten/autipas/

Zelf ben ik nog hard opzoek naar een leuk en gemakkelijk voorleesboek voor kinderen, over wanneer je zelf autisme hebt. Heeft iemand misschien tips?

 

Laura Rooijackers l Schrijfster Deelmee

Getrouwd, moeder van twee kids waarvan zoon met autisme en PTSS en dochter van drie die graag vier wilt zijn. Je kunt pas verbinden door te delen is mijn motto.
Ik ben niet grappig, alleen mijn humor is zo leuk.

Doe mee met de discussie

Spreek je uit, deel en inspireer!

Plaats een reactie
0 reacties