Artikel

De toekomst in de langdurige zorg

Waar lokale en regionale netwerken nauw (moeten) samenwerken!

Profielfoto van Kenniscommunity Deelmee
1 november 2023 | 2 minuten lezen

Als postuum eerbetoon aan Paul Sonnenschein zal Deelmee een aantal van zijn blogs op Deelmee plaatsen. 

Paul Sonnenschein heeft eerder stukken geschreven voor Deelmee. In 2019 schreef Paul al met voorzienende blik over de zorg in Nederland. In deze column neemt hij ons mee met zijn blik op de toekomst van de langdurige zorg. Daar is de laatste jaren veel over geschreven en gezegd in allerlei media en op fora. Dus niet nieuw, maar wel op een rij gezet in negen trends. Een overzicht dus. Iedereen krijgt daar op een of andere manier mee te maken. Daar gaan we:

1. Oud worden gebeurd steeds meer thuis

Het percentage ouderen dat in een instelling woont daalt voortdurend. Op dit moment woont zo’n 95% van de 65-plussers thuis. De Wet langdurige zorg geeft de mogelijkheid om ook met een zwaardere zorgvraag thuis te blijven wonen. Mantelzorgers, vrijwilligers, buren, vrienden en anderen uit sociale netwerken dragen aan deze ontwikkeling bij.

2. Concept van zelfmanagement

Het gaat hier over een nieuwe opvatting (noem het visie) op gezondheid en kwaliteit van leven. Zelfbepaling, eigen regie, rechten en belangen op alle domeinen van het leven gaan een dominerende rol spelen in het denken. Dat betekent ook daaruit voortvloeiende regelgeving, bekostiging, investeringen in programma’s enzovoorts.

3. Stijgende kosten omdat de gebruiker bepaalt

Wij (gebruikers) bepalen in toenemende mate wat we verwachten en willen. Dat zal onvermijdelijk leiden tot sterk stijgende kosten. Als de huidige trend zich doorzet besteedt Nederland in 2050 minimaal 8% van het BNP aan langdurige zorgkosten. Het kan niet anders dan dat dit leidt tot andere manieren van bekostiging met minder overhead- en systeemkosten.

4. Overheid verbindt en faciliteert

Het is een voortzetting en versteviging van de participatie samenleving. De zorg wordt steeds meer een integraal onderdeel van het hele maatschappelijk leven met de nadruk op de individuele burger, zijn/haar gezondheid, goede zorg en eigen regie. De overheid verbindt en faciliteert zodat maatschappelijke partijen blijven innoveren.

5. Diversiteit kleurt de zorg

De groep migranten in de ouderenzorg neemt absoluut en relatief toe. In 2050 verwacht men al ruim 500.000 migranten boven de 65 jaar. Daaronder vooral mensen uit Suriname, Marokko, Turkije en de Nederlandse Antillen. Ook onder zorgprofessionals groeit het aantal migranten flink.

6. Technologie vindt steeds meer ingang

We hebben het hier over het gebruik van beeldcommunicatie, monitoring, zelfzorgtechnieken, robotisering, big data, edutainment (vermaak gecombineerd met leren) en digitale platforms voor kennisuitwisseling Deelmee . De toekomstige zorgmedewerker is opgegroeid in een sterk gedigitaliseerde omgeving en gebruiken technologie in toenemende mate om zorg op afstand te leveren en om samen te werken met collega professionals van diverse organisaties.  

7. De zorgprofessional verandert

Steeds meer werken zorgprofessionals in multidisciplinaire wijkteams en ook vaker als ZZP’er. De manier van werken en omgang verandert omdat de ziekte op zich niet langer centraal staat, maar de veerkracht en het zelfmanagement van de betrokkene en zijn/haar omgeving. Dus een veel bredere invulling van ieders functie. Nieuwe taken, een poortwachtersrol, signaleren en samenwerken met vooral mantelzorgers en vrijwilligers.

8. Klant stuurt

De zorg wordt persoonsgerichter. De klant/burger en zijn/haar sociaal netwerk worden uitgangspunt. De klant is de deskundige over het eigen sociale netwerk en dus steeds meer bepalend bij wat daarbuiten nodig is van de professional. De klant beheerd zijn/haar eigen medische en gezondheidsgegevens in een levenslang persoonlijk gezondheidsdossier en kent rechten toe aan het eigen netwerk en de zorgverleners wat betreft inzage.

9. Kennis op maat en samen delen

De vraagstukken in de langdurige zorg worden gecompliceerder. De sterke scheiding tussen kennisontwikkelaars, kennisverspreiders en kennisgebruikers verdwijnt. Er komt een grote variatie aan ontwikkelaars en gebruikers die in lokale en regionale netwerken nauw samenwerken. Zorgorganisaties zelf en maatschappelijke initiatieven zelf geven invulling aan de kennisfunctie.

Tot zover het rijtje van opgediepte trends. Het is noodzakelijk en boeiend om je daarop als professionele en vrijwillige vakgenoot in het sociaal domein te oriënteren.

 

Paul Sonnenschein

Doe mee met de discussie

Spreek je uit, deel en inspireer!

Plaats een reactie
1 reacties